De Mol S11E06: *klap klap* Noodgedwongen adapting

Voor het eerst dit seizoen wilde ik dit blogje niet beginnen met een grap, maar wel bloedserieus. En dat nochtans na een aflevering met veel cactussen, wat mij – iedereen die mij een beetje kent weet dit – bijna dwíngt om te schrijven van ‘heel goeie aflevering, maar met af en toe ook wel wat kak tussen’.

De reden waarom ik deze uitgelezen kans deze keer toch aan mij voorbij wilde laten gaan, laat zich raden. Als een goddelijk licht dat irritant in de ogen van een ongeïnteresseerde millennial schijnt, was mij ingevallen wie en wie alleen de mol nog kon zijn. En ik had nog zo mijn best gedaan om niet meer te zoeken dit seizoen. Maar God, waarom maakte je het mij zo duidelijk?

Nog maar net had ik getypt ‘Waarom Thomas de mol is, argument 1 van 97’ of ik bemerkte op mijn tv-scherm een rode vingerafdruk na de tantrisch traag door Gilles De Coster getypte ‘Thomas’.

En wat doe je dan? Het enige wat je kán doen.

Adapting adapting. *klap klap* Wisselen van tactiek. Tóch de grappen.

Voor de eerste proef bevinden onze helden zich in het Pima Community College, waar het vak haartooi gedoceerd wordt door hetzij een kale professor, hetzij een maniak, getuige het kapsel van Thomas waar duidelijk enkele leerlingen op los waren mogen gaan.

Gelukkig verschijnt daar al snel een betere leerkracht aan de horizon. Hij heet Lancelot en kan geen Engels, maar adapting is everything en voor je het weet *klap klap* wordt hij verwisseld met een versie van zichzelf die eigenlijk best wel inventief is. Denk ervan wat je wil, maar het ‘adapt adapt’-mantra dat Lancelot ter plaatse uit zijn gat trekt, blijkt later nog heel handig om de aandacht van de leerlingen niet definitief kwijt te raken telkens als hij iets fout vertelt (en dat gebeurt nogal eens) en ook zijn ‘klap klap wisselen van bureau’-ding (ik kan het niet anders omschrijven) koopt hem kostbare tijd of geeft hem tenminste de gelegenheid om even rustig te overleggen met Thomas en Commy.

De eerste Amerikaanse student die aan het woord komt in de les van Lancelot verwijst trouwens meteen alle clichés over het Amerikaanse onderwijssysteem naar de vuilbak, want hij blijkt zonder al te veel moeite drie buurlanden van België op te sommen. En dat terwijl men ons hier probeert wijs te maken dat Amerikanen denken dat België de hoofdstad is van Brussel.

FUN FACT: Constant Van Langzwszw behaalde olympisch goud in de long jump te paard met 6,10 meter. Een feestelijk feit dat Lancelot graag uitbeeldt door een ‘medium jump’ uit te voeren in het klaslokaal.

De vreemde tactiek van Lancelot bij het laatste fun fact, over René Magritte, doet vermoeden dat hij de mol is. Als mol weet hij welke vragen er zullen volgen op de test en hij kan perfect heel wat zaken goed uitleggen, zolang de leerlingen maar net niet aan 5 op 9 geraken.

FUN FACT: Ruben won geen olympisch goud in roller derby.

Waar beter de aflevering verderzetten dan bij de broer van Juul Kabas? Op de parking van Gus Balon’s restaurant kijken de kandidaten de mol in de ogen, via het welbekende medium van de  taxichauffeur annex handpop. Eigenlijk had ik het daar al moeten weten. Thomas zegt in de auto over de identiteit van de mol: “Ik ben honderd procent zeker wie je bent.” Dan weet je: Thomas ligt er straks uit. Dat is traditie.

In het café spelen de kandidaten een zeer vrije variant op wat wij ‘koeike vetten’ noemen, maar dat klinkt niet serieus genoeg, dus wordt het spel met de kaarten niet als dusdanig benoemd. Het spel duurt zolang dat buiten de nacht is gevallen en de kandidaten op de duur geen koffie of taart meer kunnen zien. Er wordt aan brillen gekomen, geknipoogd, wel dank u gezegd tegen de serveerster, geen dank u gezegd tegen de serveerster. Lancelot laat ook zijn stem overslaan, maar als dat het geheime signaal blijkt, dan heeft hij als mol zeer slecht gekozen.

Via een intermezzo over cactussen (ik verzin het niet) en hoe gevaarlijk het is als die omvallen (“daarom mogen die ook niet te dicht bij de weg staan”, weet Commy) belanden we bij de laatste en dus beste proef van de aflevering. Het betreft een soort escaperoom in een bus en in een FBI-kantoor gecombineerd met de plot van die film over een bus die steeds een bepaalde snelheid moest aanhouden, want als hij die bepaalde snelheid niet aanhield dan zou door onder die snelheid te zakken een bom afgaan. Ik denk dat die film ‘The Bus That Couldn’t Slow Down’ heette.

De grap in deze proef is dat de FBI vroeger op communisten joeg en dat de Commy’s in deze proef voor de FBI werken. Hilarisch subtiel weer van de makers, hoedje af.

De kandidaten doen vrijwel alles goed, maar toch loopt het mis omdat er intussen tactisch gespeeld wordt. Drie mensen moeten uiteindelijk beslissen wie ze geloven in verband met de kleur van de door te knippen draad (geel of groen, respectievelijk Ruben of Commy). Allicht wil niemand tonen dat hij of zij al weet wie de mol is, dus speelt er zich een scène af waar enerzijds Ruben en Commy met elkaar kibbelen over welke kleur te kiezen en anderzijds Toos, Lancelot en Thomas eerst voor de ene lijken te kiezen en dan voor de andere.

Uit deze scènes volgt ook de reden waarom ik DACHT dat Thomas de mol moest zijn. Hij leek een klassieke mollentruc te gebruiken die pas toepasbaar is ver in het seizoen, wanneer de mol weet dat genoeg kandidaten hem verdenken: bewust als eerste een beslissing in de groep gooien (in dit geval ‘welke draad knippen we door? Ik volg Commy en zeg dus groen.’) omdat je ervan uitgaat dat de wantrouwige andere kandidaten jouw keuze sowieso zullen overrulen (‘Nee, we volgen Ruben en gaan voor geel’). Dat plannetje lijkt te lukken: Thomas wordt inderdaad overruled en de kandidaten knippen de verkeerde draad door.

Tot zover mijn poging om de mol te ontmaskeren. Volgende week probeer ik het weer gewoon bij grappen te houden. Sorry mannekes.

De Mol S11E05: De ‘Comfort’ in oncomfortabel

Ooit schreef ik over ‘Temptation Island’ en hoe moeilijk het in godsnaam kan zijn om tijdens die reis van amper elf dagen gewoon even níet in bed te duiken met iemand anders dan uw lief omdat het, nu ja, een periode van amper elf dagen betreft.

Bij De Mol is het niet veel anders. Ook hier is die moeilijke elfde dag aangebroken en heeft de crew een ontmoeting (door middel van creepy robots – vernietig mij alstublieft als eerste wanneer jullie onvermijdelijk de wereld overnemen) met geliefden van de kandidaten op het getouw gezet.

Ik schrijf ‘geliefden’… Comfort dacht (als enige ooit) dat het een goed idee zou zijn om haar ex-lief uit te nodigen. Of hoe ‘Comfort’ eigenlijk een neonlicht blijkt waarvan de ‘on’ en ‘abel’ niet meer werken.

Maar bij de meesten gaat het er desalniettemin in eerste instantie liefdevol aan toe. De kandidaten hebben het tegen hun partners over ‘Poepie’ en ‘Ballie’ en ‘Bollie’, terwijl thuis nog een ‘Ollie-Bollie’ blijkt te wachten, al dan niet in een kermiskraam en verpakt in een zak van 15 stuks.

Geleidelijk aan begint echter door te schemeren waarom er ‘ex-‘ staat als voorvoegsel bij Sam. “Commy kan heel goed dingen voor zich houden”, klinkt het. “En heel goed doen alsof.” Het vergt slechts een kleine edit om Sams tandengeknars en trauma weg te filteren. Daarom zijn de programmamakers van ‘De Mol’ de besten! Dat een oorzaak voor de breuk ook in de slaapkamer gezocht mag worden, blijkt even later. “Ik wil niet faken”, deelt Commy mee.

Dan gaat het er bij Ruben en zijn ‘poesje’ Jinthe stomender aan toe. De regels staan bij dat duo zover uit elkaar dat je moeite moet doen om er níet tussen te lezen. Ruben: “Ik denk veel aan u, onder de douche.” Jinthe: “Ik ook veel aan u. Ook onder de douche vooral.” Dit gaat over seks. Ze alluderen op SEKS. Ik heb zulke dingen direct door. Een cut naar de sausmuur die mayonaise spuit ware evenwel welkom geweest.

Wie niet aan seks doet denken, is Michael The Bulldog. Hij koos voor een leven als professioneel hotdogeter en zo tegelijk – naar ik vermoed – voor eentje zonder seks. Met slechts vier hotdogjes op zijn plateau werd helaas zelfs die primaire behoefte niet gestild.

In de supermarktproef bewegen de geblinddoekte Toos, Commy en Lancelot intussen – om het eens kleurrijk uit te drukken – als blinden in een supermarkt. Onder het motto ‘geld is bijzaak’, wordt die dag 800 euro verdiend op een totaal van heel veel, maar iedereen is toch blij want ze hebben hun partners op een scherm op een staak kunnen zien. “Je vrouw ziet er een toffe uit”, is Lieselot achteraf in de auto vol lof over Cathy, de partner van Thomas. “Het is ook een toffe”, redt Thomas zijn relatie. Mannen zijn hiervoor getraind.

Over de volgende proeven zal ik kort zijn. Toos en Ruben (en in veel mindere mate Commy) kiezen voor de ervaring van hun leven door mee te vliegen in een stuntvliegtuigje. Vreemd, want voor mij leunt ‘niet hoeven mee te vliegen in een stuntvliegtuigje’ veel dichter aan bij de ervaring van mijn leven. Maar elk zijn ding natuurlijk en Toos lijkt het wel leuk te vinden. Neemt de opwinding éven af, dan duurt dat nooit lang. Momenten later kan Toos met een grijns op zijn gezicht zeggen: “En we zijn weer recht.”

Op de begane grond wordt tezelfdertijd véél te weinig weregekeerd door Thomas bij het besturen van de drone. Terwijl Lieselot nochtans haar uiterste best doet om van ‘een beetje werekeren’ de meest werekerende uitdrukking van die namiddag te maken. Lancelot blijkt trouwens wel over enige dronestuurmanskunsten te beschikken – hij doet dat goed (gewoon een bemerking).

Uiteindelijk nemen wij droef te moede afscheid van Lieselot, die toch niet goed genoeg geprepareerd bleek voor dit programma. Dat laat Thomas, Lancelot, Toos, Ruben en Commy over. Het zal mij oprecht benieuwen wie van hen de mol is. Net als andere jaren staat mijn vizier niet op scherp. Of zoals men zegt: een werekerend fenomeen.  

De Mol S11E04: De krant moet kapot

Jarenlang is dat spelleke hier al aan de gang. Uitgebreide selectieprocedures, locaties zoeken. Knap gemaakte teaserfilmkes. Drones. Mijn god, zoveel drones. Daar worden miljoenen tegenaan gekletst. Gelukkig sinds de herstart niet meer van ons belastinggeld, maar toch. Dat zijn details die mij – eens op dreef – niet meer tegenhouden. 

En dat dus allemaal om toe te werken naar dit punt. De maskers vallen af, en ik kan u zeggen, Gilles: het is geen schoon zicht. Met uw grijs haar. Eindelijk heeft Gilles, het niet zo heilig kosterke, een scenario gecreëerd waarbij hij kan zeggen: “Beste vrienden, nooit geloven wat er in de gazetten staat.”

En dat gewoon omdat ik toevallig voor een krant werk en ik Gilles in bepaalde blogjes misschien lichtjes onflatteus heb afgeschilderd als iemand die geen vrienden heeft en dan maar tien wildvreemden aanspreekt met ‘beste vrienden’.

Ziet hij dan niet hoe zelfs die wildvreemden niet met hem geassocieerd willen worden? Eén na één druipen ze af, weg van Gilles. Eén per week. Ge kunt er u klok op gelijk zetten – al zou ik dat persoonlijk niet aanraden met het aantal tijdlussen en tijdreizen dat de makers de laatste seizoenen in ‘De Mol’ proppen. Nog eerder slaan de klokken dertien dan dat ik eens rustig naar een aflevering van ‘De Mol’ kan kijken zonder dat mijn hoofd begint te tollen. Deze week gingen ze de kandidaten bijna opblazen met een Titan 2-raket! Kunt ge dat nu geloven?!

Eén tip nog: als er zoveel mensen bij u weglopen, ligt het niet aan hen, Gilles, maar aan u.

Maar toch. Voor enkel wat laster van mijn kant per se mijn broodheer, de krant, kapot willen maken? Vindt ge dat er nu zelf niet wat over? Ik heb een lening lopen en ik moet niet één, niet twee, maar wel drie keer per dag eten. Dat kan Gilles niet schelen. Hij wil de krantensector kapot, gewoon opdat ik financieel in de problemen zou komen. Ik heb nu geen kinderen, maar stel dat ik kinderen zou hebben en ik word werkloos, ik zou ze niet eens kunnen voeden, Gilles. Schaam u. Ja, ik ben een beetje opgedraaid en ja, ik ben bijna uitgeraasd.

En dan dat fictieve krantenartikel laten ondertekenen door Kent Brockman uit ‘The Simpsons’. Hoe subtiel. Alsof kranten door cartoonpersonages worden volgeluld. Natuurlijk niet, kranten worden volgepend door de scherpste geesten, met de grootste zorg geplukt uit aula’s overal te lande. Toegegeven, zelden uit aula’s journalistiek, maar een artikel van een pol-en-soc’er is ook niet te versmaden en dat geeft eens een frisse kijk op de zaken.

Maar dus. Zitten die kandidaten daar op hun klapstoeltjes boven op een lanceerbasis waar ooit een Titan 2-raket stond te wachten op ontsteking. Titan 2, dat is negen megaton nucleaire lading. Denk: twee rauwe ajuinen en dan nog eens een goed bord chili con carne. Ik kan u garanderen, dan raakt er al snel eens iets ontstoken en schiet er al eens iets uit een holleke.

Gelukkig beseft Ruben de urgentie van de situatie. Ze moeten daar weg, en snel. Hij gaat dan ook voor de snelst mogelijke menselijke pas (bij een paard is dat de galop, bij de mens de ‘krabbengang’, denkt Ruben) en krasselt zich enkele meters richting de bordjes met radioactieve elementen die toegang kunnen geven tot een klimgordel en zo ook tot de lanceerbasis.

Al heel de reeks lang lijkt de tactiek van Ruben erin te bestaan om niets te vertrouwen, altijd op zijn hoede te zijn en bijgevolg aan niets zijn medewerking te verlenen. Dat in combinatie met Thomas die al van zijn melk is als mensen kwaad naar hem kijken, levert op prachtige wijze 5.000 euro op door eigenlijk feitelijk niets te doen. Toos en Thomas geven niet de juiste codes in, Lancelot en Lieselot – bekend van de preparé – raken niets aan. Hoera! Geld!

Zei ik daarnet nu dat de proeven te flitsend waren? Meteen passen de makers daar een mouw aan door een spelletje bingo op poten te zetten. Voor mocht er toch nog iets flitsends gebeuren, krijgen Toos, Lieselot en Lancelot bovendien nog brillen op die hun zicht danig beperken. De proef loopt al bij al goed. De 1.000 euro wordt binnengehaald en ei zo na ook de laatste 1.500 euro. Jammer dat Thomas het verschil tussen ‘bears’ en ‘beats’ (en ‘Battlestar Galactica’?) niet opmerkt op het infobordje in de zoo. Voor de zekerheid slaat Ruben  – altijd op zijn hoede – er toch nog snel een kind neer met zijn walkietalkie. Soit, het moeilijkste deel van de proef blijkt toch in het Nederlands de vervoeging van het werkwoord ‘doen’ proberen uit te leggen aan een Amerikaanse op leeftijd.

Voor de, aangepaste, eliminatieproef wordt zowaar een replica van de originele DeLorean uit ‘Back tot the Future’ van stal gehaald. Ergens vermoed ik dat de helft van de kandidaten niet echt doorheeft van waar ze die auto gehuld in zijn eigen nevelen van die goeie ouwe verbrandingsmotor precies moeten kennen, maar dat geeft niet. Want als kandidaten twijfelen over hoe ze zich moeten voelen bij het aanschouwen van een bepaald tafereel, is daar nog altijd Gilles om het hen te zeggen. “Beste vrienden, dit is zeer intens, en zeer spannend.” Gilles, de regel in het leven is een beetje: als ge het zelf moet benoemen, is het niet waar. En trouwens: die DeLorean die we te zien kregen, kan niet écht écht door de tijd reizen. Ik vind het dan ook niet meer dan gepast om nu te zeggen: nooit geloven wat ge op tv ziet.

De Mol S11E03: De Chinese Muur is er niks tegen

De enige gelijkenis tussen Toos en de Chinese Muur is dat ze beide niet zichtbaar zijn vanuit de ruimte – in tegenstelling tot wat vele mensen denken, en dan heb ik het niet zozeer over opdondertje Toos, maar wel over de Chinese Muur.

Toch vergelijkt Lancelot Toos maar wat graag met de Chinese Muur, die 21.000 kilometer lange stenen wal die zonder moeite Mongoolse ruitervolkeren tegenhoudt. Voor de slechte verstaander: ik had het bij die bepaling alwéér over de Chinese Muur en niet over Toos. Toos struikelt al als er één ruiter met een lasso achter hem aan zit, laat staan een heel volk. Ik ben er zelfs vrij zeker van dat wanneer iemand aanbelt bij Toos thuis (of zoals Lancelot zou zeggen: ‘bij Toos tois’) en die vervolgens schalks ‘Volk!’ zou roepen in de deuropening, Toos met een serieus ei in zijn broek zou zitten. Geheel toevallig zit Toos deze aflevering ook letterlijk met eieren in zijn broek, maar da’s voor straks.

Maar dus, net zoals de Chinese Muur is Toos koppig. Of dat beweert Lancelot toch. Er zit wel íets van waarheid in natuurlijk. Ik heb de Chinese Muur nog nooit van gedacht weten veranderen.

In de rodeoproef waarmee de aflevering aanvat, hebben de kandidaten de pech dat de cowboy zijn slimme paard Skeeter van stal heeft gehaald en niet zijn licht mentaal gehandicapte paard Jolly Jumping. Het paard van Witse wordt uiteindelijk niet gevonden, mogelijk omdat er in die hele reeks geen paard voorkomt, of het moest Wouter Hendrickx zijn.

Rest nog Tornado om te linken aan het juiste baasje of paard. Ruben heeft de letters ZOROR ter beschikking. Even lijkt hij te twijfelen of het hier Orzo betreft, een paard al dan niet bekend uit spaghettiwesterns, maar na wat geknars van de raderen in zijn hoofd komt ook hij uit bij Zorro, de gemaskerde held.

Als gemaskerde helden gaat het voor Lieselot en Leïla vervolgens richting eierproef. Ze moeten elkaar gidsen naar eieren op een onstabiele stok en het duurt maar even of ook Lieselot is wel zeker dat ze niet allebei tegelijk de blinddoek moeten opzetten.

Uiteindelijk worden in de verschillende deelproeven heel wat eieren verzameld, die helaas vaak sneller komen te vervallen dan avocado’s, hetzij omdat iemand het rode ei van een andere kandidaat uit diens zakken slaat, hetzij omdat ze hun rode ei al lang kwijt zijn, hetzij omdat ze hun knie plooien, hetzij omdat ze hun elleboog plooien, hetzij omdat de jeep te snel rijdt, hetzij omdat de jeep te traag rijdt, hetzij omdat Thomas in al zijn opgewondenheid door het mogen aanraken van Leïla’s borsten prompt een ei laat vallen bij de officiële eiertelling. En voor je het weet ligt de grond dan bezaaid met eiwitkwakjes. Ei zo na wordt er ook geld verdiend. De groepspot zakt na de proef slechts met enkele honderden euro’s, wat als een voorzichtig succesje mag worden bestempeld.

En dan mogen de kandidaten nog blij zijn dat het moment waarop Lieselot in ware ‘Het ei-land’-stijl over een putje in de weg dokkert, geen schade meer kan aanrichten aan eieren rood of wit.

De grootste verrassing van de aflevering is nog dat Conny Constance blijkt te heten, de kleinste dat ons Constance haar koffers mag pakken. Wie van leeftijd is, heeft het wel vaker lastig in De Mol. Blijven nog over: de crème de la crème van het neusje van de zalm: enkele kandidaten die niet te verstaan zijn en enkelen die niet kunnen denken. Dat belooft! Mol Comfort zal eens in haar vuistje lachen.