De Mol S09E09: Niets dan liefde

Alles heeft een einde, alleen een worst en De Mol hebben er twee: de laatste aflevering van het eigenlijke spel en de compilatieaflevering. En voor Lennart zijn dat er zelfs een stuk of vier, wat eindes betreft. Vier keer heeft die arme stakker de laatste aflevering moeten herbekijken om dan te gepasten tijde tevoorschijn te springen en respectievelijk door Noah & Jens, Katrien & Samina, Philip & Jasmien en Kevin & Dami uitgescholden te worden voor een stuk stront (door Kevin) of een rauwe duivel (door Philip, die nog in de ongepasten tijde leeft aan zijn taalgebruik te horen, in casu de late middeleeuwen). “Zeg op, vriendschap, heb jij deze groep de hele tijd in de malinghe genomen?” Een tijd ook – zo zal later in de aflevering blijken – waarin je iemand die je lengte tot op 10 centimeter nauwkeurig kan schatten, al snel van hekserij beticht.

Maar de gratuite beledigingen lijken Lennart niet te deren, en ach, het wordt allemaal met een lach gezegd, dus eens Philip niet meer verstijfd is van knuffeldrang en Noah niet in zijn broek gepist blijkt te hebben, kan de aflevering in gemoedelijke sfeer hervatten.

Het zou te ver leiden om tot in detail uit te spitten hoe blij net iedereen is om elkaar terug te zien, maar Samina heeft alvast de seconden afgeteld om Katrien terug te zien. En Katrien zegt dan maar “Echt? [euh] Ik ook!” Nee, deze groep is zo ongelooflijk hecht. Zo hecht als Philip die Sven aanspreekt als ‘de man van Aalst’.

Het brengt me naadloos naar Sven, die behoorlijk verrast deze aflevering. Zo laat de ruwe bolster zijn tranen de vrije loop, tot ontsteltenis van zijn dochter, en – onverwachter – zo blijken Aalstenaars zich tegenwoordig ook al aan golfen te wagen. De elite neemt notie van dit feit en heeft de zoektocht naar een nieuwe elitaire sport alvast ingezet. Hoogachtend.

Die andere finalist, Annelotte, trekt ondertussen filmisch een hele stoet/rij Brabantse trekpaarden een vierkantshoeve uit, voorbij een vijvertje en ondertussen nogal zwartgallig het leven beschouwend: “Ik heb soms schrik. Ik heb geen kinderwens, ben single en ik wil niet trouwen.” Zware kost voor de zondagavond. Eerder dan in De Mol verwacht je zoiets in een rauwe film onder regie van, ik zeg maar iets, Roskam.

Graag zou ik deze gelegenheid ook willen aangrijpen om een gedichtje te berde te brengen voor Annelotte. Ik voel me immers verbonden met Annelotte en dat niet alleen omdat ik – als vrijgezel afkomstig uit het Pajottenland – taaltechnisch ook omschreven zou kunnen worden als een Brabants trekpaard. Dus bij deze, recht uit het hart:

zij: lang vervlogen zomers
en gratie in haar stap
en lange haren

als wij één dag
dieren konden zijn
dan wou ik dat we paarden


waren

Over verliefdheid (?) gesproken: de vriend van Jasmien mag serieus gaan opletten, want heel de aflevering lang kijkt Jasmien met grote vochtige ogen (als het dat maar is) naar Lennart. In haar zorgvuldig uitgekozen glitterjurk droomt ze al van een leven even glinsterend als de glinstering wanneer Lennart zijn vele tanden blootlacht. Nog altijd kan ze er niet van over dat ze Hem heeft mogen leren kennen, de Kempische God. Dat ze met hem het spel heeft mógen spelen. Haar ridder die in eender welk maïsveld de trashtalk van pseudo-mol Martijn dubbel zo hard in diens gezicht kan doen weerkeren – een kolfje naar de hand van haar superheld. Meneer Maïs. Haar Lennart, die wel iets anders in haar broek zou mogen steken dan puzzelstukjes. Die naast 10.000 euro uit de pot ook haar hart gestolen heeft. Sven heeft dan wel een hattrick gemaakt in het Olympisch Stadion in Berlijn, Lennart heeft oneindig veel punten gescoord bij Jasmien.

Maar goed, misschien zie ik weer spoken. (Sven steekt alvast zijn oordopjes in.) Maar één ding is zeker: ik zie er nooit zoveel als Samina. Samina ziet een gangetje tussen twee reiskoffers en denkt: een gangetje, is dat eigenlijk geen easy door? En Isidoor, die wordt toch getraind door Annelotte? Annelotte moet de Mol wel zijn.

De mensen zijn zot geworden, zeg ik u. Er is een reden waarom ik de mollengroep snooze op facebook:

Te veel
onnozele
theorieën


de
ene


vergezochter
of
lachwekkender
gevonden
en
nonsensicaler
dan
elke voorgaande

Alsof een weldenkend mens zich zou bezighouden met het verstoppen van codes in woorden of teksten. Ik zou niet durven. T o t d e v o l g e n d e! Tijd nu voor wat welverdiende rust. Een weekje Moezelstreek, misschien. Of, beter nog: een halve week.

De Mol S09E07: Schijnt zonnetje Annelotte dra ook mij toe?

Ik geloof niet in sprookjes. Er kan te veel. In sprookjes kan zelfs de meest mannelijke man zich in een trouwjurk en rolschaatsen hijsen. Onrealistisch. In sprookjes verandert een pompoen in een rijkar alsof het niets is. Ik leun achterover in mijn blijfkar – mijn zetel – en schud het hoofd. Heel even wilde ik wél geloven in het lange en gelukkige leven. Naïef, natuurlijk. Gelukkig is er dan Annelotte: “Nog voor je tachtigste krijg je kanker, kutkerel.”

En toch voel ik een zekere genegenheid voor professioneel sfeerbederver Annelotte. Voornamelijk, maar niet uitsluitend, omdat ik dit seizoen nog niet gedaan heb alsof ik verliefd ben op een deelneemster, terwijl dat natuurlijk alleen in het vierde seizoen gemeend was, dat weet het kleinste kleutertje, behalve als ze het moeten antwoorden op een vraag van Philip en Sven die geld kan opleveren.

Annelotte dus. Ik hou van haar gulzigheid. Hoe ze hele wafels naar binnen propt, terwijl een simpel spekje evenveel steentjes had opgeleverd. Lennart en Annelotte zijn doof voor mijn opmerking. Ze schrokken verder van hun snoephuis. Kiezels voor de zwijnen.

Ik hou van hoe Annelotte als een geslagen hond gaat hangen eens ze beseft dat ze van grote hoogte net niet te pletter zal storten. En dat terwijl zij – als in een mooi taalkundig toeval – natuurlijk zelf nooit een hond zou slaan. Zo is mijn Annelotte niet. De drie manke hondjes die wij zullen adopteren eens onze vierkantshoeve gerenoveerd zal zijn, zullen met niets dan liefde omgeven worden. Als ze maar hondjes uit een asiel kan redden, die Annelotte van me. Hoe zeggen ze dat nu weer zo mooi? Een oud asiel in een jong lichaam. Dat is mijn Annelotte.

Maar vooral hou ik van Annelotte onderaan ter hoogte van haar geslachtsdelen. Waar ze ongetwijfeld – zoals elke vrouw, volgens Sven – strings en tanga’s draagt, elke dag en meerdere tegelijk. Mmmmmmm. Dan zou ik die strings één voor één met mijn dikke teen onbeholpen van haar lichaam schuren en dan na heel wat tevergeefs geprobeer en gefoeter eindelijk op de grote salontafels naast ons dubbelbed doen belanden.

Maar er zijn kapers op de kust. Maffiabaas Philip heeft tegen het begin van aflevering 7 de groep zodanig uit verband gespeeld, dat de dokter dringend een nieuw verband moet aanleggen. Eens weer op volle sterkte, probeert ook hij evenwel liefdesrivalen uit te schakelen. Nadat Lennart alleen letterlijk uit de kast blijkt te komen, is de maat vol. ‘Lennart geen homo, of wat? Neersteken!’, denkt Philip ‘fijn snijden’ De Cleen. En onder het mom van wat onschuldig gedol brengt hij het broodmes naar de keel van Lennart.

Een bloedbad wordt vermeden. Philip legt zich noodgedwongen weer toe op zijn corebusiness. Want vergis u niet. Nog zegt onze allemansvriend zo vriendelijk ‘Tot sebiettekes’, zijn corebusiness blijft natuurlijk louche 5G-abonnementen slijten bij kampvuren.

Maar hoe gaat dat in sprookjes? De maffiabaas die alle troefkaarten in handen lijkt te hebben, moet alsnog het spel verlaten. En, zoals zo vaak, steekt de als bruid opgetutte man op rolschaatsen de handen triomfantelijk in de lucht.

Met één concurrent minder, groeien ook mijn kansen bij Annelotte onvermijdelijk. Leven wij dra toch nog lang en gelukkig samen? Pik ik haar binnenkort met mijn blitse rijkar op bij haar thuis of draait alles – pompoen incluis – alsnog in de soep? Only time will tell. Daag!

De Mol S09E06: ‘HET IS BINNEN!’ (-10.000 euro)

Een nieuwe aflevering, een nieuwe bestemming. Vooraleer onze groep individuen meer dan de helft van de groepspot bestemming vuilbak kegelt, gaat het nog naar Berlijn. Bij de inleidende geschiedenisles over West- en Oost-Duitsland knikt Philip alvast alsof hij nog eigenhandig de muur gemetseld heeft. Ik durf dat eerlijk gezegd niet meer te betwisten. Later in de aflevering zal hij immers het woord ‘cool’ gebruiken, wat het vermoeden sterkt dat hij stamt uit de tijd dat de Koude Oorlog nog lauw was.

Waar een mol is, is een Gilles, iets wat onze kandidaten steeds zwaarder valt. Nog maar komen wij in de buurt van een restantje Berlijnse Muur of daar duikt reeds Gilles De Coster op, als een soort ongewenste checkpoint-Charel, die Annelotte vloekend vanuit de auto begroet met: ‘Godverdoemme die Gilles staat daar effectief, godverdomme seg.’

Annelotte heeft bij de selectieproeven echter een voucher ondertekend en is dus verplicht om te blijven luisteren naar de opdrachten van Gilles. Die begroet de kandidaten als vanouds met ‘Vrienden!’ Niets zal minder waar blijken een aflevering verder. Ja oké, Annelotte zal Jasmien op het einde nog een vriendin voor het leven noemen, maar daar zit het sentiment na de eliminatie van Jasmien ongetwijfeld voor iets tussen. En het feit dat Dilbeek en Ternat gerieflijk dicht bij elkaar liggen, dat ook. Vriendinnen voor het leven – maar meer dan vijf minuutjes in de auto moet dat nu ook niet zijn.

Hoe ik hen alvast níet wens te omschrijven, is als kennis. Ik gebruik het woord kennis niet graag in de buurt van mensen die menen met een Boeing 373 te vliegen (Jasmien) of mensen die denken dat Afrika op een graffititekening precies een tikje groener gekleurd is dan op het origineel. Jazeker, het wás een tikje groener gekleurd, Annelotte. Maar het was ook wel veranderd in Zuid-Amerika. De haarscherpe foto’s van de graffititekeningen heeft Annelotte dan al gemaakt door de iPad gevaarlijk dicht bij haar hoofd te houden.  

Het parcours dat de kandidaten deze reeks afgelegd hebben, wordt deze week passend verzinnebeeld door een groep jonge Duitsers die parkour doen en daarbij door ramen springen, van muren vallen, doorrollen, weer vallen, lichtjes hinken en weer doorgaan. Het zal nog een te rooskleurige voorstelling blijken, wanneer op het einde van de aflevering de groepspot wordt bekeken. Lichtpuntje: Philip blijkt wel relatief goed in een rij kleurtjes onthouden, een gave waarmee hij de chasers even kan ophouden in de graffitiopdracht. Ergens doen de rijen gekleurde bolletjes denken aan een spelletje Mastermind. Maar dan verschijnt Philip weer in beeld, en verhuist het woord Mastermind prompt naar een plaats heel diep in mijn geheugen.

De proef verloopt voorspoedig (Sven knalt de belagers in koelen bloede af en stuurt ze ‘naar huis’) en even lijkt Philip zelfs de held te gaan worden. Onwaarschijnlijk, hoor ik u denken. Wij begrijpen elkaar. Philip komt daar dan triomfantelijk het koerke opgehuppeld, schreeuwt ‘Het is binnen!’ (de verdubbeling naar 6.000 euro!) en de groep springt gezamenlijk gaten in de lucht. Philip?! Die door pure kunde, finesse, en – durf ik het zeggen? – metíer, 3.000 euro extra verdient? Het is een mirakel!

Mirakels bestaan natuurlijk niet. Het is een open deur intrappen dat Philip door verkeerdelijk een open raam te omcirkelen weer heel wat open wondes veroorzaakt bij de medekandidaten.

Gelukkig krijgt Philip al snel de mogelijkheid orde op zaken stellen door een papieren vliegtuigje door een cirkel te werpen. ‘En avant la musique!!’ klinkt het moderne banzai, en hij werpt zijn vliegertje door ‘panne’. Het heeft als consequentie dat Jasmiens Boeing 373 figuurlijk in zwaar weer terechtkomt. Dat moment mag natuurlijk niet verward worden met het moment waarop Sven een vliegtuigje door ‘zware storm’ gooit en Jasmiens Boeing 373  létterlijk in zwaar weer terechtkomt. En als ik letterlijk zeg, bedoel ik uiteraard figuurlijk. We zitten immers in een vliegsimulator. U bent nog mee.

Dat Lennart en Jasmien hun vliegtuig uiteindelijk in een bos parkeren – al dan niet met het landingsgestel uitgeklapt, maar wel zeker met iedereen dood – blijkt niet de crux van de aflevering. Er wordt met nog meer geld gegoocheld in de dagboekkamer en het individuele gesprek met Gilles achteraf in – passend – een achterafkamertje. Er mag lustig geld uit de groepspot geboden worden voor een kans op een vrijstelling. En of er lustig geboden wordt. Sven schrijft alvast 7.600 euro neer, met het euroteken áchter het bedrag, wat ten huize Kristien Hemmerechts op gejuich onthaald wordt – zij wil de spellingregels en bij uitbreiding alle taalregels immers dood, dood en nog eens dood. Bevrijd van het juk van het euroteken op de juiste plaats, voelt ze zich weer helemaal fris en opgeladen, klaar voor een nieuwe klaagzang wanneer nog maar de kleinst mogelijke opportuniteit zich aanbiedt.

7.600 euro blijkt echter niet het hoogste bod. Lennart biedt losjes 10.000 euro, waarna hij de groepssfeer probeert te verpakken in één welgekozen zin. Hij gaat uiteindelijk voor het weinig genuanceerde, maar daarom niet minder treffende: ‘Ze kunnen allemaal de hoogste boom in.’ Een mooie keuze, me dunkt. Vrienden voor het leven, en al.

Het stelen van 10.000 euro uit de pot zet kwaad bloed bij Annelotte, die nog lieflijk 25 jaar is en voor wie 10.000 euro klinkt als een levensveranderend bedrag. Ik raad Annelotte aan om in een vrij moment zeker niet de verkoopprijs van een nog volledig te renoveren kruipkot in een schijtgemeente als Dworp op te zoeken. (Komt er nu weer een internetrel aan, Dworpenaren?)

Geld is niet alles, Annelotte.

Het belangrijkste zijn de vrienden die je onderweg hebt gemaakt.

De Mol S09E05: Iemand nog een… seksuele innuendo?

Jodelen is een zodanig groot Duits uithangbord dat een sluwe Aziaat het – met die typische geniepige oogjes van ze – van duizenden kilometers afstand opgemerkt heeft en gedacht heeft: dat kan ik beter én goedkoper. En dus wordt, zelfs in tijden van corona, een Japanner ingevlogen voor ‘De Mol’ om te tonen hóe net je die eeuwenoude Duitse kunst van het jodelen het best beoefent. Absurd toch? Dat is alsof Chinezen naar België zouden afzakken en hier frietkoten zouden uitbaten. Haha, dat kan toch helemaal niet?!! (Wat zeg je? Dat gebeurt al en wel op erg grote schaal? Haha, oké dan. Moeten wij dan vanaf nu zeggen dat we flietjes gaan halen van de flituur? Hahaha! *Ergens te lande schuifelt de regisseur van ‘Thuis’ ongemakkelijk op zijn stoel*)

Soit, je typische jodelaar Takeo Ischi – bekend als Yaki Shototsi of zo, volgens Samina – wil een clip opnemen en Sven gaat dat even in goede banen leiden. Dat er op de dijen gekletst zal worden, lijkt dan al duidelijk. Of het correct tijdens de opdracht zal gebeuren, dan wel al uitlachend omdat ons troepje er weer eens niets van bakt, is dat nog niet. Sven blijkt al snel zijn roeping te hebben gevonden: gewoon wat rondwandelen en op elke statie van de kruisweg van de kandidaten zien dat het slecht gaat. Sven groeit wel in zijn rol, en dat is niet het enige wat groeit, wanneer hij poolshoogte gaat nemen bij de rondborstige Samina die zeven pinten tegelijk tegen haar stevige voorgevel duwt. Want ja, mensen, dit wordt een aflevering boordevol seksuele innuendo’s. Terwijl Sven zijn negen hobby’s op hetzelfde moment verenigd ziet (zeven pinten en twee borsten) duwt Jasmien de velletjes over de worstendraaimachine en ja, uiteindelijk zijn wij allemaal kleine kinderen die daar smakelijk om kunnen lachen. Zeker nu de lockdown al meer dan een jaar aanhoudt en de meeste vrijgezellen al niet meer weten hoe een exemplaar van hun geprefereerde sekse (m/v/x) er uitziet. Dan kan worstendraaien voor heel wat heterovrouwen heel sensueel aanvoelen, ik snap dat. Weten zij dan veel dat later in de aflevering Philips fluit nog zal vastraken in zijn waterpistool. Wat het spuiten uiteraard danig zal bemoeilijken. *Gibbermeter ontploft*

Maar vóór die climax terug naar Takeo Ischi, die zich de Duitse geneugten zodanig eigen gemaakt heeft dat ik hem – in een mij oneigen frivoliteit – een typisch Duitse naam zou willen geven. Iets onschuldigs grappigs dat toch tenminste Duitser klinkt dan dat bevreemdende Takeo Ischi. Ik dacht aan Alfred Jodl.

Bon, er moeten uiteindelijk wel zes deelproefjes correct uitgevoerd worden en zoals dat de laatste weken gaat, wordt Philip het cirkeltje rondgeduwd tot hij bij een proef belandt die hij mogelijk – in een goeie dag – niet compleet weet te verbrodden. Eerst probeert hij het op de alpenhoorn, waar een als Robin Hood verklede leraar hem de basis van tonaliteit probeert bij te brengen. Maar wat baat een goed opgeleide man als uil Philip nog gewoon niet blazen kan? Robin Hood wenst zijn hoedje over zijn gezicht te trekken en denkt – volledig ondergedompeld in zijn Robin Hood-persona – ‘Die Philip, je zou hem vijf frank geven.’

Op een groot uitgevallen fluit blazen gaat Philip niet goed af, dus wordt hij doorgeduwd richting vierkante triplex plaat, waar hij straks zijn danskunstjes op te berde zal mogen brengen. Om dat plan een kans op slagen te geven, worden hij en Lennart geïnstrueerd door een Duitser die duidelijk elke ochtend een berg worsten naar binnen werkt, velletjes en al, en in het proberen dichtkrijgen van zijn lederhosen ongelukkigerwijs zijn scheerborstel van zijn hoofd is vergeten te halen. Terwijl de oer-Duitse traditionalisten de eeuwenoude kunst van het Shuhplattlern uitleggen via het al even traditionele medium van de iPad (met handig beschermhoesje) zien Lennart en Philip de onmogelijkheid van hun deelopdracht in. Eén van beide leraars haalt gelukkig nog zijn trekzak boven ter muzikale begeleiding, waardoor ze toch tenminste hun quotum aan seksuele innuendo’s vlotjes halen.

Maar, we moeten daar eerlijk in zijn, de opdracht verloopt alles in acht genomen voorspoedig en vier van de zes deelopdrachten worden goed genoeg uitgevoerd, of toch voor de alziende vernauwde oogjes van Takeo. (Ik mag mij niet zo clichématig uitlaten over Aziaten, zeg je? Wat gaat hij doen? Eens geniepig kijken?)

2.000 euro verdiend, dat verdient een kidnapping richting onbekende bestemming. Daar wacht de familie van de kandidaten, onder wie ook de man van Samina, die werkelijk geen idéé heeft hoe zijn zoon het doet op school. Let wel, dat valt niet direct op. Hij antwoordt wel op de vragen van Samina over hun Noahke. Maar geloof mij, die man weet niét hoe Noah net presteert op school.

En dat gaat van:

  • Hoe gaat het met Noah?
  • Ja ja, het gaat heel goed met Noah. Heel goede punten. Zijn wiskunde, zeg je? Heel goed!

Ik zou al aangenaam verrast zijn mocht hij weten waar Noahke de afgelopen weken heeft uitgehangen. Maar goed, ik zou de sfeer in zijn plaats ook niet verpesten door tijdens zo’n reünie meteen toe te geven dat je je kind eigenlijk ergens kwijtgeraakt bent. Ook Sven wil de sfeer niet verpesten en besluit zijn vrouw niet te begroeten met ‘Hoe? Hebt gij nu weeral een nieuwe vest gekocht of wa?’ Zo zie je maar, ook Sven heeft een gevoelig kantje.

Dat brengt ons naar de laatste proef, waar helaas maar een budget van 29,99 euro meer voor overbleef. Net genoeg dus om een puzzel van 500 stukjes van Ravensburger te kopen. ‘Vrienden, vandaag gaan jullie… *de groep houdt de adem in, maar geen 2 minuten 38 seconden* … puzzelen.’

Ja kijk, daar waar puzzelen thuis nogal saai is, krijgt dat plots toch meer cachet als je dat op een Duits meer mag doen, dat weet iedereen. Helaas slaagt Philip erin om zelfs een puzzelopdracht serieus te bemoeilijken, dus vraagt Annelotte ook gewoon onverbloemd of hij alstublieft gewoon niets kan doen. Dat treft, denkt Philip, want ik ben erin geslaagd om mijn zwembril kwijt te spelen en nu ben ik behalve incompetent ook legaal blind. Maar laat ons niet te hard (seksuele innuendo) zijn voor Philip. Misschien blijkt hij wel heel goed in het – ter land, ter zee en in de lucht-gewijs – naar een bel lopen over een rijtje surfplanken op het water? Nee, natuurlijk niet. Philip valt al bij de eerste stap mit seinem Schwanz in de idyllische Schliersee. Maar Philip is zoals onkruid: verrassend goed in de eliminatieproef invullen. Weer overleeft hij. Het is Samina die gaat. Sven zou zich – ter afscheid – nog eens graag tegen haar… drukken. Tegen haar sappige, volle, ronde …

‘Boezem. Zeg het gewoon Sven.’ Helaas. Het is meteen tet om te gaan.

Tot de volgende! Hopelijk komen jullie volgende week terug.

De Mol S09E04: [Slot] Wer zagen das et slecht was

Nog één keer en dan (tijdelijk?) nooit meer. Elk goed geschreven stuk vertrekt vanuit een zekere frustratie. Patrick Pickart uit de vorige aflevering was een excellente bron van frustratie, maar heeft mij ook uitgeput. De waterput der creatieve frustratie is leeg. En de apathie en het gebrek aan chemie van de huidige groep kandidaten heeft ook mij te pakken. Without further ado: nog één Molverslagje en dan… rustigere zondagnachten. Je bleek een te sterke opponent, herfstbeelden. Well played. Ciao!

Het patroon is intussen genoegzaam bekend. De aflevering opent met een opwarmertje, een proef – degelijk, daar niet van – maar eentje die de finale later niet in de schaduw zet. Jasmien en Annelotte trekken hun broeken zo hoog mogelijk op en de voetbalmatch in bubbelkostuum kan een aanvang nemen. Na een mooie één-twee van Sven en Lennart wordt het geld er in een nog knappere één-twee-drie-vier doorgejaagd, goed geholpen door Philip, de zelfverklaarde grote gezellige gorilla die werkelijk niets heeft om zich voor op de borst te kloppen. Met de reflexen van een laaglandgorilla vliegt de bal hoog boven zijn hoofd in doel. Virunga huilt. Ook Samina heeft er een handje van weg om verkeerd te antwoorden op de vragen. Of zoals Jean-Marie Pfaff het zou zeggen: Wer zagen das et slecht was. Of zoals ik zou zeggen: ja, ik ga weer zagen dat het slecht was.

We zitten met een apathische groep die geen tekenen geeft van bijzondere intelligentie in het aanpakken van de proeven en voor het eerst ook lijkt het of er hoegenaamd geen banden voor het leven gesmeed worden. Wie zou elkaar nog willen zien na de opnames? Philip en Samina? Jasmien en Sven? Weinig kans. De kritiek van Annelotte (=de mol) aan het adres van voetballers Sven en Lennart na de voetbalproef is trouwens goedkoop. But then again: dat is ook de productie van deze reeks, nu de prijzenpot historisch laag blijft. Voor 12.600 euro trekt Kevin De Bruyne zijn schoenen amper aan. Wil je hem in een bubbelbal krijgen, mag je nog opleggen.

Gelukkig is er altijd een volgende proef om met een schone lei te herbeginnen. Annelotte en Katrien mogen daarin gebruikmaken van de hele catalogus van Streamz om vier vragen te beantwoorden over series. Catch: de vier antwoorden die ze zoeken kunnen uit in totaal 421 afleveringen komen én ze moeten voor de rest van de reis elke ‘s’ vervangen door een ‘z’ als ze praten. ‘Piece of cake’, denkt Annelotte. ‘Ztukje taart’, denkt Katrien. Ze beginnen aan hun opdracht. ‘Wellicht zal de aflevering ‘The Wedding’ of zo noemen’, zegt Annelotte. Dom natuurlijk. In het beste geval zal de aflevering zo héten. ‘Als we elkaar maar begrijpen, niet waar?’ De oude Grieken zeiden het al, en ik zeg het opnieuw: de jeugd is gedoemd. Voorts kijken ze nog apathischer dan ik naar hun tv, terwijl er voor hen 2.000 euro op het spel staat en voor mij hooguit de 15 euro van mijn Netflixabonnement. ‘Zpoel eenz door’, zegt Katrien. Nog 400 afleveringen te gaan. Tot overmaat van ramp bengelt er dan nog af en toe een Sven door de herfstbeelden. Het moment waarop gepensioneerden aller lande breken en en masse hun afstandsbediening naar hun tv gooien. Hun herfstbeelden verpest. ‘Waarom moest daar zo nodig een spelprogramma rond?  Die waren toch goed zoals ze waren, die beelden? Rustgevende bosserij. Een bocht van de Moezel. Dat was vroeger goed, waarom moet dat weer allemaal veranderen door die jonkheid?’ En ’s avonds een schone muziekshow op ZDF.

De proef is evenwel nog niet ten einde. Vlak naast een rotswand van 70 meter hoog – waar dra een portaledge zal bengelen, ten prooi aan hevige wind en belast tot bijna de maximale capaciteit – meldt Gilles dat het verdiende geld van de proef nog verdubbeld kan worden. Hoera! Sven twijfelt natuurlijk lang. Hoe zou je zelf zijn? Maar na lang wikken en wegen is hij toch bereid om met een man in hetzelfde bed te slapen. Er wordt dus geld verdiend, maar eigenlijk was Philip al lang blij dat hij een eekhoorn in het bos had gezien. Het doet weemoedig terugdenken aan de tijd waarin reizen nog toegestaan was voor ons, plebs, en waar je dan elk detail aanwees van ‘kijk daar, een prachtige slak! En daar, zulke leuke tuinstoeltjes. En die kerk!’ Terwijl je dat thuis natuurlijk ook allemaal gewoon kan zien, maar je bent op reis, dus alles moet wauw zijn. Die eekhoorn heb ik vorige week nog in Liedekerkebos gezien, bijvoorbeeld. Zo super was dat niet. En ’t was zo een grijze, da’s een exoot en zeer slecht voor het natuurlijk evenwicht van Liedekerkebos. Maar daar zie je de makers van de Mol zelden tien minuten aan wijden, terwijl milieu, ik denk toch wel dat dat een hot topic is?! Hallo?!

Maar de apotheose is natuurlijk de laatste proef. Een bom op tafel! Wat volgt is een compilatie van opzichtige leugens en slechte overredingspogingen. Dat heeft wel als voordeel dat het makkelijk naar een goede einduitslag van de proef leidt. Voor de opzichtige leugens moeten we bij Samina zijn. Zij proeft voor de opdracht al eens van haar eten en roept ‘Amai, pikant’. Een parket heeft nog nooit zo lastig aangevoeld als je seconden later verneemt dat je de overige kandidaten moet overtuigen dat het bord voor jou géén pikant eten bevat. Toch probeert Samina zich uit haar parket te wurmen. ‘Pikant? Mijn eten?! Superflauw ja! Amai, ik zou daarvan kunnen blijven eten, zo niet-pikant, mjammjamjmamjmam.’ Dat poginkje van Samina geeft ook Lennart inspiratie. ‘PIKANT? DIT?! Dat van mij smaakt als het hoofdgerecht op het wereldkampioenschap zo niet-pikant mogelijke gerechten voorschotelen!’ Hij hoopt dat de rest door hun betraande ogen zijn opzichtige leugens niet doorziet. Jasmien tast intussen naar servetten om de pikantheid van haar gezicht te wrijven.

En dan moet het elkaar beschuldigen zonder logische argumenten nog beginnen. Tussen het gekibbel door lijken ze te willen ontdekken wat net het ‘Druppie’ is dat hun emmertjes doet overlopen. Philip blijft zelfs nádat de stemming is gebeurd voor werkelijk geen enkele reden voortliegen: ‘Jullie weten niet wat je te wachten staat, mijn toorn zal groot zijn!’, terwijl hij gewoon correct is weggestuurd. En ik vraag mij nog altijd af hoe Jasmien het dan wel tot advocaat heeft geschopt. Ik weet het wel zeker: ik wil niet langer ontdekken wie de mol is (Annelotte), ik wil meer dan ooit weten hoe Jasmien zich gedraagt in een rechtszaal en of ze met tien dan wel twintig balpennen gooit als een confrater haar met rationele argumenten eenvoudig opzijschuift.

Uiteindelijk blaast Katrien de aftocht. Nog een laatste shot. Als een kameleon gaat ze op in het decor.

Het beeld waarop Annelotte toont dat ze de mol is, door Sven niet op te merken op het scherm.

De Mol S09E03: Rood is lief, blauw is wauw, hypnose is pseudowetenschap

Het zou misschien te gemakkelijk zijn om – als notoir rationeel mens – hypnotiseur Patrick hier alinea’s lang in het belachelijke te trekken. Maar anderzijds: zijn onnozele bril maakt het me wel verdomd lastig dat niet te doen. Welaan dan. Die bril is trouwens meteen het enige argument pro het bestaan/de effectiviteit van hypnose: wie zo’n bril koopt, móet wel op één of andere manier tijdelijk van zijn vrije wil beroofd zijn geweest.

Om met een techniciteit in huis te vallen: de eerste opdracht in het Rationaltheater las wel degelijk ‘Eet zo snel mogelijk dit bordje op’. Gezien geen van de kandidaten zijn tanden in het porseleinen bordje zette, had dat dus al een onverbiddelijke nul euro moeten opleveren. Maar ik begrijp dat enig mededogen op zijn plaats was – het zou weer moeilijk genoeg blijken om geld te verdienen in de rest van de aflevering. De naam van klungelaar Philip moet nog maar vallen of de kandidaten beginnen tegenwoordig al spontaan te grimassen alsof ze net een bordje perziken naar binnen hebben gespeeld.

Maar dus, alsof de makers ermee willen lachen, stapt Irrationele Patrick het Rationaltheater in München binnen. Toch een stevig stukje pendelen om als Belg even show te gaan verkopen in München, maar Patrick heeft als hypnotiseur uiteraard ervaring genoeg met pendelen. In een vreselijk hypnoseongeluk [haalde de eindmontage niet] zal hij er helaas niet in slagen de kandidaten te laten blaffen, maar wel zichzelf in een hond veranderen die luistert naar de naam Isidoor – later meer daarover. Eerst slaagt hij erin Noah grote ogen te laten trekken door onironisch te beweren dat hypnose werkt, waardoor Noah zijn vorige record ‘niet-knipperen’ verpulvert. Ook Samina eet snel en zonder veel z(j)este haar citroenen op om weg te geraken van Patrick. Lennart besluit om dezelfde reden wijselijk niet te lang een stalen plaat te spelen. ‘Het is uw fout, Lennart, niet de mijne’, bezweert Patrick. ‘Eén, twee, drie… En je bent terug.’

Het moge duidelijk zijn: soms zou ik geen oren willen hebben, opdat ik die hypnosezever niet zou moeten aanhoren. Het grote nadeel is dan natuurlijk dat ik een bril zoals Patrick Pickart zou moeten kopen.

Ver weg van alle zever, heb je Sven. Die staat intussen in een park en denkt stoer te moeten doen door het te vertikken te gaan wandelen met een in het roze geklede hond. Nu ben ik behoorlijk niet-woke, maar Sven mag toch langzaamaan eens beseffen dat het de 21ste eeuw is. Gelukkig maakt hij ergens half verborgen in de montage een Aalsterse ‘Is-i-door? Is-i-hier?’-mop, wat hem toch weer wat doet stijgen in mijn achting. De hondenwandeling wordt niet bepaald een groot succes, maar dat honden niet goed zouden luisteren naar een Lottiepoes was natuurlijk te voorspellen. Het helpt ook niet dat Philip de outfit van een hond via de telefoon omschrijft als ‘precies Waasland-Beveren’. ‘Dat kennen die vrouwen niet’, zegt Annelotte. En dan, onhoorbaar, vanuit de verte, Sven: ‘Het enige wat vrouwen kennen, is Waasland Shopping Center, am I right?!’ Het andere team, dat de baasjes moet zoeken, doet het wel nog verrassend goed. Ik zeg verrassend omdat Jasmien zinnen gebruikt als ‘Hebt u einen hond waf waf?’

Alle kandidaten komen samen in wat de climax moet worden van Patricks Grote Flessentrekkerij. In sacrale stilte – het is zaak om nu zeker niets te verstoren – schuifelen de kandidaten van de hondenproef het theater binnen naar hun plaatsen, Philip roept opgewekt HAAALLLLOOOO en de show kan beginnen. Mocht Patrick bovennatuurlijke krachten bezitten, hij bliksemde Philip ter plaatse neer met zijn ogen. Helaas is Patrick een gewone mens zoals u en ik zonder speciale gaven van welke soort dan ook. Maar dat heb ik onderhand wel afdoende proberen duidelijk te maken. Uit de show leren we vervolgens acht zaken:

  • wit is zacht
  • oranje is de kleur die naar je lacht
  • rood is lief maar zeker geen dief
  • blauw is de kleur van de lucht
  • groen is de kleur van het gras
  • rood is mooi
  • blauw is wauw
  • hypnose is een pseudowetenschap

De laatste proef van de aflevering is er eentje waarover ik hoopte te kunnen uitweiden. Ik heb mijn masterpaper geschreven over 3D-printing en ergens naast de dominozaal staat toch wel geen 3D-printer te blinken zeker? Uiteraard zal de 3D-printer uiteindelijk voornamelijk werkeloos toekijken hoe de groep de proef aanvangt met een fikse ruzie, waarna Philip in een deelopdracht de keeper van de vuilbakploeg blijkt en Annelotte zichzelf dan wel een goeie vouwer noemt, maar toch vooral moet plooien voor de Mol-wet dat er best niet te veel geld verdiend wordt als het van de makers afhangt. Als Philip dan ook nog ‘met zijn dikke vingers en zijn maat 47’ voor de tigste keer met een welgeplaatste schwalbe de steentjes de grond op pleurt, vallen de kandidaten als blokjes. Samina gaat in een hoekje nog wat pletsen met nieuwste groepslid Isidoor, Sven mompelt ergens ‘serjeees?’ op z’n Oilsjters en zelfs Noah voelt zich als door God verlaten.

Alleen Jasmien doet nog iets typisch vrouwelijks (lees: irrationeel/emotioneel). Met nog amper een paar minuten op de klok roept ze zij die de strijd staakten toe ‘Zijn jullie opgevers of wat?!’, waarna ze koppig nog ongeveer 1% van de opdracht voltooit vooraleer (spoiler!) de tijd op is. Zo probeert ze bovendien ook maar mooi in één vlotte beweging de schuld nog af te schuiven op alle andere kandidaten. Leer ze mij niet kennen, die mensen. De enige rationele optie daar is om gewoon te stoppen, Jasmien. Het is hier niet de scouts. Mirakels bestaan niet in dominoland.

Oei, ik verander hier precies in een Sven met mijn meningen. Tijd dus om te stoppen met schrijven.

Het belangrijkste nieuws van de eliminatie is dat er geen stoelen ontploffen terwijl er kandidaten op zitten. Noah moet wel naar huis.

‘Blauw.’

De Mol S09E02: -‘We drukken niet op de knop.’ -‘Zogezegd?’ –‘Zogezegd. Absoluut’

Daar is de lente, daar zijn de knoppen. In een aflevering rond toetsen en knoppen zegeviert uiteindelijk – uitgebeeld door ontploffende eliminatiestoelen – maar één soort knoppen: de naar-de-knoppen.

Wat burgemeester en pianoleraar Falko Heunisch bij de eerste proef voor zich krijgt in zijn studiezaal, is van een kwaliteit die nog af te toetsen is met de betrokkenen. De helft (Katrien en Annelotte) blijkt ervaring te hebben met de piano, een kwart (Philip) herként een piano ‘aan de zwarte blokjes’, het laatste kwart (Kevin) begint over een oekoelélé. Zal Falko Heunisch dra zoete klanken de ruimte horen vullen, of zal hij wensen dat hij Heur-niks heette?

Philip geven ze alvast voor de zekerheid geen piano, maar een muur om op te oefenen. Wat is een witte muur immers anders dan een heel grote pianotoets? En zo wandelt Philip naar zijn muur, zijn heidens altaar, die hij algauw met vingers van licht gezegende leeftijd bespeelt en streelt. Soms zegt Philip ook ‘pum pum, pum pum’. De tactiek loont. Wie muziek uit een muur krijgt, vindt het daarna opmerkelijk makkelijker om ook muziek uit een piano geperst te krijgen – een bekend psychologisch handigheidje. Philip haalt netjes zijn 1.000 euro binnen. Kevin, nochtans van natuurlijke aanleg beticht, legt tijdens het concert verkeerd aan en duwt in mineur zijn 1.000 euro erdoor. Een valse noot. En dan nog  een paar.

Wat de pianisten niet weten, is dat een bepaalde toets op de piano een noodstop triggert in een camionette waarin vier versbakken vrienden, in onderbroek en gezeten in een opblaasbadje, Duitse schlagers meezingen. Zelfverklaard schlagerkanon Sven zingt brand-in-Mokumgewijs zijn schlager ongevraagd in canon en wordt dan net niet opstandig als blijkt dat hij er 1.000 euro heeft doorgezongen nog voor het nummer goed en wel halfweg is. Er is ook ruimte voor een kritische toets wanneer het begrip ‘vrijheid’ moeilijk te raden blijkt door Dami en Jasmien. Niet onlogisch, nu de coronacrisis en bijhorende lockdown het heeft doen verworden tot een puur abstract begrip. Ergens in Amerika staat een beeld dat uitbeeldt wat vrijheid eens was, zo gaat het gerucht.  

(dramatische pauze voor wat introspectie en het laten insijpelen van het besef hoezeer een virus onze wereld heeft veranderd)

Zo moeilijk het begrip vrijheid te raden is, zo vlot vindt Jasmien het woord ‘oorlog’. Een voorbeeld van hoe je met de juiste mindset ook blij kan zijn met oorlog – iets waar ze in Yemen of Afghanistan nog heel wat van kunnen opsteken, me dunkt. Zagen gaat het ook niet oplossen.

Jasmien, zo zal in het vervolg van de aflevering blijken, doet vooral mee aan De Mol voor het eten en drinken. Jasmien is al mama en beseft dat elke kans op alcohol of extra slaap gegrepen moet worden. Is ze eerst nog gewoon opgewekt met gratis lychees, dan begint ze snel erna op de rieslinghellingen van Bremm wijn te kappen. Wanneer ze bij het laatste deel van de wijnglazenproef een tandradwagentje naar het klooster mogen nemen, oppert iemand dat het wel een pretpark lijkt. In Jasmiens hoofd is het dan al haar derde rit op deze prettrein die De Mol heet. En hoe meer zij dalen, des te meer stijgt de alcohol naar Jasmiens hoofd.

In de auto naar de volgende stop is Jasmien dan ook compleet naar de knoppen. Ze probeert te slapen terwijl de wegeltjes alsmaar meer gaan kronkelen en het donker steeds heviger om zich heen grijpt. De rit eindigt in garageboxen die uitgeven op een atoombunker, gebouwd in de jaren 60. Een beetje zoals Philip dus. ‘We zitten precies in een bunker’, merkt Jasmien gevat op. Ze is plots weer klaarwakker en zal de onderhandelingen voeren met Philip aan de andere kant van de lijn. Onderhandelingen op hoog niveau.

En dat gaat van:

  • ‘Amai, nee, wij gaan zeker niet op de rode knop drukken, hoor.’
  • ‘Ah, maar wij ook zeker niet, hoor.’
  • ‘Zeker, he?’
  • ‘Zeker, zotteke. Absoluut. Goed, ciaokes, byekes.’

Slechts af en toe onderbroken door Sven die Philip aan zijn mouw trekt om te checken of hijzelf nog wel mee is met het plan.

  • ‘We gaan dus niet drukken’, zegt Philip tegen Jasmien.
  • ‘Zogezegd?’, trekt Sven hem aan de mouw
  • ‘Zogezegd, absoluut’, stelt Philip hem gerust.

Waarna alles van voor af aan begint bij het volgende telefoontje. Dat ze zeker niet gaan drukken. ‘Zogezegd?’, vraagt Sven. ‘Zogezegd, absoluut’, stelt Philip hem gerust.

Eens hélémaal zeker mee met het plan, kunnen Sven en Noah beginnen gniffelen elke keer Philip – volgens hemzelf zéér overtuigend – Jasmien iets de mouw opspeldt. Jasmien gelooft uiteraard niets van wat Philip vertelt, terwijl Philip wel overtuigd raakt dat Jasmien eerlijk is aan de telefoon. Ze sprak immers geen ‘advocaats’.

Onderwijl doen Sven en Noah op de achtergrond hun uiterste best om het slot open te krijgen, door één (1!) code te proberen (0000) en dan mentaal uitgeput en onder een gefrustreerde ‘verdoeme’ op te geven. Niet veel later verliest hun groep de proef.

  • ‘Zogezegd?’, probeert Sven nog.
  • ‘Nee, absoluut’, weet Philip.

Alles naar de knoppen. Dami is het kind van de rekening, Kevin de jongvolwassene. Goed, oké, bye bye. Tot volgende week. Afgesproken. Ciao, bye bye.

De Mol S09E01: Het tofste aan de oorlog vond Philip het vele keuvelen

Openingsscène. Dreigende muziek. Snel gemonteerde beelden van hetzij een veldslag, hetzij hindoes die Holi vieren. Een auto die door een veld dokkert… Spectaculair. Al moet van dat laatste wel gezegd: in Liedekerke, waar alles zich afspeelt, kijkt men niet standaard op van een auto die door de maïs meandert. Behalve als uit die auto achteraf géén vloekende zatlap gekropen komt, maar wel Gilles De Coster met zijn gevolg. We blijken te zijn aanbeland in een met graancirkels bewerkt maïsveld, en behalve de tien uitverkoren kandidaten willen nóg tien potentiële kandidaten maar wat graag een graantje meepikken. Ook enkele arme Liedekerkenaren willen wat graantjes komen meepikken – één plastic zakje als regenkapje over het hoofd gebonden, een ander plastic zakje in de hand – maar de crew stuurt hen kordaat weg.

Regen! Wind! Nog regen! Storm Odette roert zich bij het begin van De Mol, en wel op een doortastender manier dan Sven wat later een roerei zal roeren in Duitsland – iets wat de grote roerganger Samina hem trouwens duidelijk te kennen zal geven. Sven, dat is de man die het allemaal geen fluit kan schelen en van wie je je afvraagt van welke wél gemotiveerde speler hij net de plaats inpikt. Behalve als Sven mijn huis weet wonen. In dat geval is Sven een zeer aimabel man. Samina, dat is dan weer de vrouw die van flamencodansen haar beroep heeft gemaakt. Het kan niet anders dan dat zij ook snoepjes als ontbijt eet en ijsjes als avondmaal.

Zoals het De Mol betaamt, ontplooit zich al snel een proef in tien luikjes, met vier niveaus en vijf vertakkingen. Benodigdheden: rimboe waarin de tien wannabekandidaten zich kunnen schuilhouden (een kolfje naar mijn hand, denkt het maïsveld), wat staketsels, paintballgeweren, een halve bol, auto’s, pijlen, cijfersloten, molboekjes, een spelregelgids en een addendum bij de spelregelgids.

Wanneer Philip op zijn Engels zich heeft voorgesteld en Dami het elleboogje van Kevin feestelijk heeft genegeerd, kan het spel een aanvang nemen. Philip op zijn Engels mag samen met Dami plaatsnemen bij de halve bol, annex machinegeweer. Spannend voor Philip op zijn Engels, “want hij is niet zo goed in praten met de meisjes”. Wat vrouwen betreft, geeft Philip op zijn Engels niet vol gas, maar is het eerder ‘MIT EIN HANDBREMSE AUF!!’, zoals hij dat zo poëtisch kan zeggen in dat Duits van hem.

Philip op zijn Engels maar eigenlijk nen verdoken Duits fleurt helemaal op in de oorlogssetting die de Molmakers hebben gecreëerd. Hij vindt moeiteloos tijd om wat te keuvelen door de walkietalkie, op zoek naar een standje van zaken, terwijl de andere kant van de lijn tien op bloed beluste aanvallers probeert af te houden met drie machinegeweren tegelijk. Ook dat hij niet goed om zou kunnen met vrouwen, blijkt later slechts een dekmantel. “Dat zit gewoon niet in mijn cassetje van eigenschappen”, zegt hij daar zelf over. Maar Philip op zijn Engels zal algauw een boek vól cassettes blijken – een onverbeterlijke charmeur.

Halfweg de proef gebeurt wat niemand voor mogelijk hield dan toch. Kevin weet niet wat de Champions League is. Aangezien het politiek niet correct is om te lachen met het feit dat hij af en toe stottert, biedt hij mij op die manier een handige uitweg om hem alsnog in deze blogjes te betrekken. Na een “Is dat iets Belgisch misschien?” en een gok op Manchester United geeft Kevin moegestreden op. Wat had dat gegeven als ze naar het Interto-to-to-ernooi hadden gevraagd.

Lang verhaal kort: Lottiepoes en co slagen er niet in om kandidaat-speler Noah uit de auto te houden. Hem erin houden was dan ook een pak gemakkelijker geweest. Gewoon kinderslot aanzetten – dat manneke is ochottekes 18 jaar. Maar Noah voegt zich dus bij de rangen (vooralsnog niet bij de ranken) en dat betekent dat één kandidaat al huiswaarts moet.

Jammer genoeg is dat Jens. Zoek hier niet naar de mop. Wat zou ik volgaarne mijn spaarvarkentje slachten om Jens – een gemotiveerde speler die tot op een vingerkootje van zijn droomreis kwam – in het spel te houden ten nadele van Sven  – een… ja, wat eigenlijk? Aalstenaar?

Maar Jens zet onverbiddelijk géén koers richting Sankt Goar, de anderen wel. Daar, in Deutschland am Rhein, drinkt Sven Früh, en wellicht ook spät en tussenin ook nog wat. En kijk, hoe toevallig, aan de romantische Rijn ‘moet’ Philip op zijn Engels met een vrouw op de kamer slapen. (Zie hoe zijn masterplan als professioneel vrouwenversierder langzaamaan in elkaar klikt.)

Gelukkig komt snel daarna de ochtend (Samina zal wellicht afgelopen zijn als een wekker) waar Sven op zijn plaats wordt gezet omdat hij niet hard genoeg roert in zijn roerei. Én gelukkig wordt Sven daarna dik gekloot door een knuffelopdracht – iets wat hij naar mijn bescheiden mening wellicht zou omschrijven als ‘voor jeanetten’.

De knuffelproef is vooral een proef om elkaar beter te leren kennen en om de kijker eveneens de gelegenheid te geven vertrouwd te raken met het olijke negental en Sven. We leren er dat Dami graag een zeemeermin zou zijn (rode vlag: afstand houden, Tim), we leren een viertal keer dat Lennart een axolotl heeft als huisdier (weetje: als je Lennarts uitleg over axolotls afkapt, dan groeit die gewoon terug) en we leren dat de crèmerie waar Lennart heeft gewerkt zeker niet ‘De drie bollen’ heet.

We leren ook, zij het later, dat mollenjagen naar een heel ander niveau is getild sinds dit seizoen, nu kekke Kevin vindt dat het opportuun is om zijn mollenboekje in het Arabisch in te vullen. Sterke tactiek, lauwtjes overgedaan door Samina door in het Spaans te schrijven.

Uiteindelijk valt er niemand (extra) meer af deze aflevering, ondanks het feit dat Sven niet de moeite doet om het tekstlabeltje rond de pot jasmijnen te lezen terwijl ze op zoek zijn naar namen, en ondanks het feit dat Samina voor de zekerheid toch al een beetje begint te wenen nadat haar naam niet gevonden blijkt. Het doet wat met een mens, zo’n avontuur. Iedereen een groen scherm, dus. Een groepsknuffel dringt zich dan op, zou je denken. Ergens in de achtergrond gaat Sven met een vinger over zijn keel.